Een geluksdag; in Yogja
Inmiddels hadden we vernomen dat de twee paleizen rond 1 of 2 uur in de middag dicht gingen en daarom gingen Joke, Nick en ik
ditmaal ver vóór twaalf uur op pad.
Aangekomen bij de Kraton bleek het paleis alsnog gesloten.. We hebben zeker vijf mensen gevraagd hoe het nou zat met dat paleis en iedereen had een ander verhaal. De waarheid dan maar weer ergens
in het midden zoeken? De verhalen van de aangepaste openingstijden in verband met de ramadan en/of een aankomende trouwerij van een sultan of een zoon ervan klonken het meest geloofwaardig. Eén man
waarmee we aan de praat raakten, nam ons mee naar het paviljoen waar we, gratis, een kijkje konden nemen en waar de beste man ons in een paar vertrekken rondleidde. Nick was ondertussen verveeld
druk in de weer met z’n telefoon en op een open wifi connectie die hij vond, kon hij onze huidige locatie via Google maps opzoeken: bleken we ons gewoon in een hostel/accommodatie met
restaurant te bevinden..
Volg je eigen koers
Eenvoudig wimpelden we af met deze man en zijn we verder gaan lopen. En
koppig dat we waren -of wellicht omdat we niemand meer vertrouwden- zijn we toch nog naar de watertempel gelopen. En wat bleek: deze was vandaag wel open! En ons geluk kon niet op, want we hoefden
niet eens entree te betalen, want het was de week van de trouwerij van de sultan, of een zoon of zoiets.. Maar ergens waren overeenkomsten met de verhalen die wij gehoord hadden en dat gaf de
burger weer moed -en vertrouwen.
Daarna heeft Nick een beçak (spreek uit bé-zjak) of terwijl de fietstaxi terug naar het hostel genomen, omdat hij zich niet helemaal lekker voelde. Wederom toevallig liepen Joke en ik
daarna tegen de Pasar Ngasem (geen idee hoe je dat laatste uitspreekt) aan. In elk geval: de vogeltjesmarkt. ‘Een kleurrijke en lawaaierige bedoeling met onder andere een mix van
exotische vogels als ook kippen en een enorme hoeveelheid duiven. Ook schijnen er reptielen verkocht te worden.’ Ja schijnen ja, want ook bij deze markt waren ze in een vergevorderd stadium
van afbreken en met nog een beetje geluk konden we nog net een verse papaja en watermeloen scoren bij één van de fruitstalletjes. Daarna scheidde ook onze paden. Joke wilde nog naar een ander
museum en ik moest nog naar het postkantoor.
Terug in hostel vertelde Joke me over het museum en over wajang. Of wayang? Ik vermoed wajang, want bij wayang geeft Word een rode streep onder het woord. Trouwens, bij YogJA, Yogya en
Jokja geeft hij alleen maar rode correctiestreepjes.. Maar goed, er bleek die avond een wajangtheatervoorstelling te zijn compleet met gamelanorkest!
Wat voor een voorstelling?
Wajang betekent in het Javaans “schaduw”. Het is dus een schimmenspel -wie heeft dat vroeger niet gedaan?- met leren poppen met beweegbare armen. Dat is althans de originele vorm, want je schijnt
ook voorstellingen te hebben met driedimensionale poppen of levensechte, maar zwijgende acteurs. Die laatste vorm heet ‘wajang gedog’, opzich niet echt bijzonder, maar ik denk dat mijn
Friese volgers het grappige en vermeldenswaardige er wel van inzien :)
De verhalen die “verteld” worden, zijn gebaseerd op twee grote Indiase heldendichten: Ramayana en Mahabharata. Wie of wat dat ook maar moge zijn.. En ook is deze kunstvorm erfgoed
en wel die van het orale en immateriële van de mensheid. (Wisten jullie waarschijnlijk ook niet!? Ik ook niet hoor..)
Goed, wat is een gamelanorkest? Het gamelanorkest begeleid de dalang, de persoon die de poppen bespeelt. Zij zitten beide aan dezelfde kant, de achterkant, van het scherm en tijdens een
voorstelling speelt er altijd wel iets of iemand uit het orkest. Het orkest bestaat overigens alleen maar uit bronzen slaginstrumenten, in alle soorten, vormen en maten.
De dalang ging helemaal op in het spel en had alleen oog voor zijn poppen en hield er soms wel drie of vier tegelijk in de lucht. Verder moest iedereen wel erg op elkaar ingespeeld zijn -of ze
hadden dit stuk al duizend keer gespeeld- want er was weinig interactie tussen de dalang en de orkestlieden.
Het bijzondere aan deze voorstelling was -en ik weet niet of dit altijd zo is- dat je het van alle kanten kon bekijken. Je kon voor het doek zitten en het verhaal en het schimmenspel volgen. Je kon
aan één van de zijkanten zitten, wat het minst boeiend was. En je kon het hele gebeuren vanaf de achterkant bekijken, wat het meest interessant en leukste was. Je zag de dalang druk in de weer met
de poppen en overige objecten die deel uitmaakten van dit verhaal en tegelijkertijd zag je het orkest en de orkestlieden, waarvan de één zijn taak iets serieuzer nam als de ander.
Tot zover de cultuurles!
Altijd hetzelfde liedje..
Net toen Joke en ik ons allerlei dingen afvroegen als: zou dit een “echte” baan zijn? of een bijbaantje? of juist vrijwillig? Hoe vaak zouden ze dit stuk spelen of al gespeeld hebben? Waar ging dit
stuk überhaupt over? Waarom had de ene helft een donkerblauw, de ander lichtblauw en weer een ander een groen kostuum aan? En waren er echt tien orkestlieden en vier zangeressen nodig? Of waren er
normaal elf of twaalf en hadden twee zich vandaag ziek gemeld? Of konden ze geen oppas krijgen? En zou het echt uitmaken op welke “pot” van ‘het bijzondere muziekinstrument waarvan ik de naam nog
steeds niet weet’ híj sloeg?
En toen kreeg onze wajangervaring een extra dimensie. Er waren vier van ‘het bijzondere muziekinstrument waarvan ik de naam nog steeds niet weet’, echter werden er maar twee bespeeld. En toen
gebeurde het dat de bespeler van één van deze, mij wenkte om naast hem te komen zitten. Oeps! Een gevoel van ‘Serieus! Moet je nou echt net mij hebben!?’ bekroop me en het enigste wat ik me op dat
moment nog afvroeg was ‘waar is de nooduitgang!?’. Wederom even een kanttekening voor als je mij nog niet zo goed kent: naast niet zo goed met dieren, ben ik ook niet zo goed met muziek. Het
enigste waar ik mezelf op dat gebied goed in vind, is er naar luisteren, maar daar had ik op dit moment niet meer zoveel aan..
Terug in de realiteit zat ik ondertussen te midden van het orkest. En speelde hij (ik noem de bespeler van ‘het bijzondere muziekinstrument waarvan ik de naam nog steeds niet weet’ voor het gemak
maar even ‘hij’) weer even zijn riedeltje en maakte mij onderwijl duidelijk dat ik op moest letten. Als het hier bij bleef, zou ik het al een hele bijzondere ervaring gevonden hebben.. Maar daar
gingen we weer en nu moest ik één van de (drum)stokken overnemen en hij wees me aan op welke “pot” ik moest slaan en in welk ritme. Het zweet brak me uit bij het uitvoeren van deze
verantwoordelijke taak en ik had het dan ook bijna niet meer toen ik de tweede stok in m’n handen geduwd kreeg en hij achter het instrument vandaan schoof en mij -alleen en zelfstandig- achter ‘het
bijzondere muziekinstrument waarvan ik de naam nog steeds niet weet’ installeerde. Tijd om bij te komen van deze schrik had ik niet, want we moesten weer spelen. Hoopvol dacht ik nog ‘zo moeilijk
kan het toch niet zijn’, maar ik werd hier even goed op mijn nummer gezet, want meer uit als in de maat, sloeg ik net zo driftig als de dalang met zijn poppen tegen het scherm deed, op de potten.
Meestal de verkeerde. En keer op keer moest hij me weer de juiste volgorde aanwijzen..Na nog een aantal rondes en continue
persoonlijke begeleiding zat het ritme er uiteindelijk goed in, alleen miste ik de melodie nog..Mijn talenten liggen duidelijk ergens
anders!
Eind goed, al goed!
Na afloop zijn we achterop de scooter bij de beveiliger gesprongen die ook richting
ons hostel moest. Zie je dat in Nederland al voor je? We lieten ons iets eerder bij het Alun Alun plein afzetten waar we, wederom geheel toevallig getuige waren van nog een bijzonder en
lokaal tafereel. Je kon hier een rondje op neonverlichte skelters rijden, in de vorm van een kever auto, versierd met vlinders, Hello Kitty’s en met heuse ingebouwde dvd schermen, dashboardcams en
muziekinstallaties. Maar waar we hier eigenlijk voor kwamen was om tussen de twee bomen in het midden van het plein door te lopen. Geblinddoekt. Dat schijnt je geluk te vergroten. En ondanks dat we
wat dat betreft niet veel te klagen hadden vandaag, lieten we natuurlijk niets aan het toeval over..
Reacties
Reacties
En toen ... weer terug naar het gamelanorkest Tetje?! Denk het niet hahaha
Wat in gedoch Tetsje, mar wol nijsgjirrich!
Mooi verhaal.
Wat een mooi verhaal weer Tet.. Zie je daar al met de drumstokken zitten hahaha.
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}